C jaar

Deze site is een tijdelijke oplossing om de preken van Marcel bereikbaar te maken. Klik op een link, om de desbetreffende preek te lezen. Sorry, de opmaak van de preken is nog niet overal in orde.
Indien u de preek op een klein scherm wil lezen, komt de preek niet naast, maar onder de reeks linken. U zal dus naar beneden moeten scrollen.

1e ZONDAG VAN DE ADVENT (C) - 1 en 2 december 2012

Jeremia 33 :14-16.
Lucas 21: 25-28 ;34 -36.

Zusters en broeders,

Die lezingen van vandaag - simpel zijn ze niet. Ze roepen twee tegengestelde reacties op. Een reactie van vervreemding en een reactie van herkenning.

I. Allereerst een reactie van vervreemding. De lezingen van vandaag gaan allebei over de toekomst. Dat is tot daar aan toe, daar is het Advent voor. Maar de manier waarop ze zich die toekomst, dat komen van God voorstellen, is voor ons volkomen vreemd. Er is sprake van tekenen aan zon, maan en sterren, van mensen die het zullen besterven van schrik, en van de Mensenzoon die zal komen op de wolken des hemels met macht en majesteit. Die manier om zich de toekomst voor te stellen is in die tijd niet vreemd. Ze houdt verband met het oude mens- en wereldbeeld. De auteurs van deze teksten leefden in een tijd waarin wetenschap en techniek in de moderne zin nog niet bestonden. Daarom konden ze ook niet anders dan denken dat de mens machteloos was. Alles wat er gebeurde kwam in hun ogen tot stand doordat God rechtstreeks ingreep zowel in de natuur als in de geschiedenis van de mensen. Daarom dachten ze ook dat het einde van de wereld door zo'n rechtstreeks ingrijpen van God tot stand zou komen.

Dat komt niet overeen met onze kennis van de wetmatigheden die de gang van zaken in de natuur bepalen en van de activiteit van de mens die aan de basis ligt van wat er gebeurt in de geschiedenis. Dat God voortdurend rechtstreeks zou ingrijpen in wat er gebeurt in de wereld, bij voorbeeld in zon en regen, in ziekte en gezondheid, in winst en verlies is voor ons een vreemde gedachte geworden. Daarom is onze eerste reactie op de lezingen van vandaag een reactie van vervreemding.

II. 1. Er is echter nog een tweede reactie die de lezingen van vandaag bij ons oproepen. Dat is een tegenovergestelde reactie, een reactie van (h)erkenning. Die erkenning duikt ineens op bij het lezen van een klein zinnetje in het evangelie van vandaag. Daar staat namelijk: 'Past op dat ge niet afgestompt geraakt door roes en dronkenschap en door de zorgen van het leven'. (Lucas 21:34) Dat gevaar kennen we. Dat gevaar van afgestompt, van gevoelloos te worden, is nog groter geworden dan in de tijd toen Lucas zijn evangelie schreef. De overvloed van informatie die tot ons komt heeft daar alles mee te maken. Zet het nieuws op de TV maar aan en ze komen in golven over u heen: alle mogelijk vormen van natuurrampen, barbaars geweld, hongersnood, ziekte, menselijke ellende in alle soorten en in alle hevigheid. En de onmacht die je voelt om daar iets aan te doen. Het menselijk vermogen om dat te incasseren is niet onbeperkt. Je kunt daar inderdaad afgestompt door geraken. 'Afgestompt door de zorgen van het leven', heet dat in de tekst. Diezelfde tekst spreekt nog over een andere vorm van afstomping, afstomping door genot. Het gevaar voor deze vorm van afstomping is er ook al niet minder op geworden. Want wat er toen aan genotsmiddelen bereikbaar was is klein bier vergeleken met wat er aan drugs bij voorbeeld binnen ons bereik is -zelfs al vanaf de school of minstens de schoolpoort. Gevaar van afstomping roept bij ons (h)erkenning op.

Dat is de tweede vorm van reactie op de lezingen van vandaag: naast een reactie van vervreemding, is er ook een reactie van (h)erkenning .

II. 2. Die tweede reactie, die herkenning, houdt niet op bij het gevaar van afstomping. Er is namelijk nog iets meer dat wij met die oorspronkelijk geadresseerden gemeenschappelijk hebben. Iets dat nog dieper gaat dan dat gevaar van afstomping. Zij geloofden namelijk in een toekomst die met God en met de komst van Gods Koninkrijk verband hield. En dat geloof delen wij, zij het in andere vormen, ook met hen. De komst van Gods Koninkrijk dat houden wij vast, wij proberen het vast te houden, in elke 'Onze vader' bidden we er nog altijd voor.

III. Maar hoe stellen wij ons dan die komst van Gods Koninkrijk voor? Die komst is voor ons niet iets dat pas plaats vindt op het einde van de wereld, hoe dat voor ons onbekende einde er dan ook mag uit zien. Die toekomst, is ten dele, in onze handen gelegd. De toekomst waarin wij geloven, de komst van dat koninkrijk van God, bestaat in de opbouw van een door God geïnspireerde nieuwe samenleving die gebouwd is op gerechtigheid, barmhartigheid en dienstbaarheid.

Ik denk dat wij met betrekking tot de manier waarop dat Koninkrijk van God komt al minstens twee wegen kunnen aangeven:

De komst van dat rijk van God, van die nieuwe maatschappij voltrekt zich op de eerste plaats in en door mensen die zich met heel hun hart, met heel hun ziel en met al hun krachten voor een dergelijke nieuwe samenleving inzetten. In het nummer van het Amerikaanse tijdschrift Time van 28 april 2003 werden een aantal van deze mensen en hun werk beschreven. De ondertitel van dat artikel luidde in vertaling ongeveer als volgt: 'Time groet 36 opmerkelijke mensen wier moed, gedrevenheid en edelmoedigheid inspirerend werken en de wereld veranderen'. (1) En dan gaat het over mensen die op hun manier gewerkt hebben en werken aan gerechtigheid, barmhartigheid en dienstbaarheid.

In één van onze liederen zingen wij trouwens ook: 'Uw Koninkrijk komt waar mensen goed zijn voor elkaar. Uw Koninkrijk komt waar mensen gaan waar Gij ze zendt'. ( 2 )

De komst van Gods Koninkrijk in en door individuele mensen die zich voor zo'n nieuwe samenleving inzetten, dat is het eerste element van onze visie op de manier waarop God aanwezig komt onder ons. Onze visie op zijn 'adventus'.

De tweede manier waarop wij ons die komst van Gods Koninkrijk voorstellen gebeurt via wat Edward Schillebeeckx heeft genoemd 'contrastervaringen'. Dat zijn ervaringen waardoor men er zich van bewust wordt dat het zo, zoals het op dat moment gebeurt, niet kan, dat het zo niet mag. Wat goed is, wat zou moeten zijn, wordt duidelijk in de feitelijke ontkenning ervan, zoals die zich hier en nu voordoet. Schillebeeckx geeft daarvan een aantal voorbeelden: 'De contrastervaringen van de twee wereldoorlogen, van de concentratiekampen, van politieke folteringen, de contrastervaringen die zich voordoen (… ) bij het zien van brood- en daklozen, van ontrechten en armen in landen die nochtans grote potentiële rijkdommen bezitten enz., al deze negatieve ervaringen roepen het plotselinge oordeel op: zo mag het, zo kan het niet doorgaan'. (3)

Die twee wegen: de inzet van mensen in de richting van die nieuwe maatschappij, en de groei van het morele bewustzijn dat via contrastervaringen de concrete inhoud van een samenleving gebouwd op gerechtigheid, barmhartigheid en dienstbaarheid verrijkt, vormen samen de manier waarlangs wij ons voorstellen dat Gods Koninkrijk aanwezig komt onder ons. De manier waarop die grote 'T', de komst van God in onze wereld, zichtbaar wordt.

Die grote 'T', de Traditie die wij gemeenschappelijk hebben met de mensen tot wie de lezingen van vandaag in eerste instantie gericht waren omvat echter nog iets anders. Tot die blijvende, de tijd overstijgende grote 'T' behoort ook de oproep 'Weest dus waakzaam en bidt'. Zonder dat gebed, dat contact met de Eeuwige, kon het wel eens moeilijk worden om niet aan ontgoocheling toe te geven, om niet in cynisme te vervallen.

Er is een gebed van Huub Oosterhuis dat als volgt luidt: 'Dat ik volhard in aandacht en mededogen, dat ik niet raak afgestompt door pijn en zorgen, dat mij niet begeeft de kracht tot liefde'. (4)

Ik wens u van hart een vruchtbare en een inspirerende vernieuwde visie op de Advent toe.

Amen.

Marcel Heyndrikx SVD

(1) Time, 27 April, 2003.
(2) Zingt Jubilate Gezangen en gebeden voor de eredienst, nr.579.
(3) SCHILLEBEECKX Edward :Geloofsverstaan. Interpretatie en kritiek..(Theologische peilingen 5) .Bloemendaal, Nelissen, 1972 , p. 153.
(4) OOSTERHUIS H.: Dan zal ik leven. Teksten voor uren alleen. Baarn, Ambo, 1976, p. 92.

© Marcel Heyndrikx - Iedereen mag deze preken en teksten gebruiken mits ze vrij en gratis voor iedereen toegankelijk blijven.